Kiemgroenten kweken: zo doe je dat

Kiemgroenten oftewel microgroenten zijn de jonge plantjes die ontstaan door het ontkiemen van zaden, granen, peulvruchten en pitten. In een warme, vochtige omgeving ontspruiten de zaadjes en begint een jong plantje eraan te groeien. Deze scheuten, die 2 tot 4 cm lang worden, zijn eetbaar en vaak erg lekker. Een van de bekendste en meest gebruikte kiemgroenten is taugé, maar ook alfa-alfa of tuinkers worden steeds populairder. Afhankelijk van de soort hebben kiemgroenten milde, licht frisscherpe tot pittige smaak. Omdat de jonge kiemplantjes de basis zijn voor de volwassen plant, bevatten ze sterk geconcentreerde hoeveelheden vitaminen & mineralen. Het zijn dus niet alleen smaak- maar ook vitaminebommetjes die je gerust iedere dag kunt eten. Al een tijdje is kiemgroenten kweken helemaal hot. Daarnaast zijn microgroenteen ook steeds vaker te vinden in de supermarkt.

Wil je iedere week de lekkerste kooktips & recepten ontvangen? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief:

Je kunt kiemgroenten gebruiken om vrijwel alle gerechten mee te garneren. Denk hierbij aan soepen, belegde boterhammen en sandwiches, eiergerechten, dipsauzen, pasta’s of risotto’s. Met een handje microgroenten geef je het geheel net iets extra’s. Ten eerste een lekkere bite, maar ook meer kleur en een frisse smaak. Je kunt microgroenten het beste rauw eten om de smaak, de lekkere bite en alle voedingsstoffen te behouden. Stevige kiemen zoals taugé kun je ook verwerken in warme gerechten. Maar voeg ze pas aan het einde toe en kook of roerbak ze alleen kort mee zodat ze knapperig blijven.

In principe kun je alle zaadjes van eetbare planten of peulvruchten laten ontkiemen voor consumptie. Daarom is de lijst met eetbare kiemgroenten is zo goed als oneindig. Lekkere en populaire kiemgroenten zijn bijvoorbeeld:

Je kunt sommige soorten kiemgroenten bij de supermarkt of groenteboer kopen. De kiemen kun je na de oogst het beste zo snel mogelijk gebruiken. Vooral grote bakken taugé zijn namelijk een broeinest voor gevaarlijke bacteriën zoals Salmonella of E. Coli. Het Voedingscentrum adviseert daarom om kiemgroenten altijd te overgieten met kokend water om deze bacteriën te vernietigen. Als je kiemgroenten zelf kweekt, is de kans op ziektekiemen het kleinst. Bovendien is het goedkoper en weet je zeker dat je kiemen supervers zijn. Daarnaast kun je thuis veel verschillende soorten kweken, die je niet bij de supermarkt kunt kopen. Het is helemaal niet moeilijk en ook nog eens heel leuk om te doen. Hoe je zelf kiemgroenten kweekt? We geven je graag de beste tips & tricks.

Zelf kiemgroenten kweken is verrassend makkelijk en je hebt er maar weinig voor nodig. Zo heb je geen tuin of balkon nodig en kun je dit het hele jaar door doen, dus je kunt op een willekeurig moment beginnen. Er bestaan veel soorten kiemplantjes, maar het principe is altijd hetzelfde. Zo kun je met steeds dezelfde techniek verschillende soorten kiemgroenten kweken en lekker blijven variëren. Zaadjes ontkiemen is een laagdrempelige manier om zonder tuin en zelfs zonder groene vingers toch eetbaar groen te kweken. Er zijn verschillende manieren waarop je dat kunt doen. Wij nemen ze één voor één door.

Misschien wel de makkelijkste manier is om een speciaal kiemschaaltje aan te schaffen om kiemgroenten te kweken. Deze zijn niet duur en zijn heel makkelijk om te gebruiken. Vul het schaaltje met water en zet er het rooster bovenop. Verdeel daar de zaadjes naar keuze over en bevochtig ze met een plantenspuit. Zet het schaaltje op een warme, lichte plaats. Na 6-14 dagen, afhankelijk van de soort, kun je je microgroenten oogsten. Bestel een kiemschaaltje (en verschillende zaadjes) bijvoorbeeld hier.

Je kunt zaadjes ook zonder speciaal schaaltje laten ontkiemen, bijvoorbeeld in een weckpot of een schone pot van augurken of jam. Hiervoor strooi je ongeveer 2 eetlepels zaadjes naar keuze in de schone pot. Vervolgens span je een stukje gaas of neteldoek over de opening en zet dit vast met een elastiekje. Daarna spoel je de zaadjes 2-3 keer per dag met lauwwarm water. Het gaas zorgt ervoor dat het water eruit kan lopen, terwijl de zaadjes in de pot blijven. Verder is het van belang dat de pot op een lichte, warme plaats staat. Wanneer de kiemplantjes 2-4 cm lang zijn, kun je ze eten. Je kunt eventueel speciale potten kopen met een deksel waar gaatjes in zitten. Deze koop je bijvoorbeeld hier.

Er zijn nog andere manieren om kiemgroenten te kweken. Het enige wat belangrijk is, is dat de zaadjes vochtig blijven, kunnen blijven ademen en op een warme, lichte plaats staan. Je kunt de zaadjes ook in een ondiepe bak (bijv. een bak van het afhaaleten) in een laagje potgrond, een laagje watjes of dubbelgevouwen keukenpapier kweken. Zet de bak op een lichte plaats en bevochtig de zaadjes iedere dag met een plantenspuit.

Niet alleen het kweken, ook het oogsten van kiemgroenten is heel eenvoudig. Knip ze simpelweg van het bed, het keukenpapier of van het rooster van de kiemschaal en je kunt ze direct eten. Wanneer je de kiemen in de potgrond hebt laten groeien, kun je ze het beste nog even goed afspoelen. Kiemen gekweekt in een pot kunnen behoorlijk vochtig zijn, dus verdeel ze over een platte schaal en laat ze eerst een paar uur drogen aan de lucht. Daarna zijn ze lekker knapperig en klaar voor gebruik.