Bereiding

  1. Snijd de tortilla’s in repen van ca. 2 cm breed en bestrijk de reepjes eventueel dun met wat olijfolie. Zet een ovenschaal omgedraaid op een met bakpapier bekleed bakblik. Leg de
    tortillarepen over de rand, zodat ze lichtjes buigen.
  2. Verwarm de oven voor (elektrisch: 200 °C / hetelucht: 175 °C / gas: stand 3). Maak de tijm schoon, schud hem droog en ris de blaadjes van de takjes. Strooi de tijm en de parmezaan over de tortillareepjes. Bak de reepjes in 5-7 minuten goudbruin in de oven en laat ze op de vorm afkoelen.
  3. Maak de zalm schoon en snijd hem in zeer fijne blokjes. Pel en snipper het sjalotje. Schil de appel, snijd hem in vieren, verwijder het klokhuis en snijd de appel in zeer fijne blokjes. Druppel de citroensap eroverheen. Meng de appel met de zalm en de sjalot en breng op smaak met zout en peper. Neem 4 stukken aluminiumfolie en vouw de stukken meerdere malen om zodat het folie steviger wordt. Maak van de repen folie ringen van ca. 8 cm Ø en leg de ringen op aparte borden. Vul ze voor ¼ deel met de zalmtartaar. Wanneer de tartaar goed in vorm blijft kan de ring worden verwijderd.
  4. Roer de wasabi, het appelsap en 2 el crème fraîche door elkaar. Giet het mengsel rond de tartaar op de borden. Schep de overige crème fraîche druppelvormig over de wasabisaus en trek met de prikker vormen door de saus. Leg een tortillareepje op elke tartaar en bestrooi ze met de sesam. Serveer de overige reepjes erbij.