Kruidenflensjes met seizoensgroenten

Bereiding

1. 1 Hak de peterselie, de basilicum en de bieslook fijn. Meng door 200 melk. Voeg het ei toe en klop het los. Voeg 100 g bloem en een snufje zout toe en klop tot een beslag. Bak ca. 12 flensjes in 1 el boter.

2. 2 Maak de groente schoon. Snijd de savooiekool in dunne repen. Snijd de paddestoelen en de witlof grof. Maak de spruitjes schoon en kook ze beetgaar. Spoel ze koud.

3. 3 Pel en snipper de ui en de knoflook. Fruit ze in 1 el olie. Doe er de tijm bij. Voeg de paddestoelen toe en bak ze ca. 5 minuten mee. Breng op smaak met zout en peper. Bak in een andere pan de spruitjes en de savooiekool ca. 5 minuten in 1 el olie. Breng op smaak met zout en peper. Bak de witlof kort in 1 el olie.

4. 4 Smelt 25 g boter in een pan, laat hem niet bruisen. Voeg 25 g bloem in een keer toe en warm ca. 3 minuten door. Voeg 200 ml melk toe. Roer tot een gladde saus. Breng op smaak met zout, peper en nootmuskaat.

5. 5 Serveer de flensjes met de groente in laagjes. Schep over elk laagje wat saus. Serveer met geraspte kaas.