Focaccia barese
Gemiddeld
ca. 1 uur bereidingstijdca. 1 u. bereidingstijd
ca. 2 uur wachttijdca. 2 u. wachttijd
Advertentie
Bereiding
Kook de aardappel. Los intussen de gist op in 60 ml lauwwarm water met een beetje suiker. Meng er 30 g bloem doorheen en laat het gistmengsel ca. 15 minuten rusten.
Giet de aardappel af en pel hem. Prak de aardappel met een vork fijn in een kom. Voeg 220 g bloem en 200 g griesmeel toe. Maak een kuiltje in het midden en schenk hierin het gistmengsel.
Los 1 el grof zout op in 250 ml warm water. Kneed het bloemmengsel met de hand tot een deeg en voeg portiegewijs het zoutwater toe. Voeg 2 el olijfolie toe en kneed het geheel op een met bloem bestoven werkblad tot een glad, elastisch deeg. Maak een bal van het deeg en laat het op een warme plek ca. 2 uur rijzen tot het in volume verdubbeld is.
Was de cherrytomaten en halveer ze. Meng de tomaten met een scheutje olijfolie en een snufje zout en laat rusten. Verwarm de oven voor (elektrisch: 255°C / hetelucht: 230°C). Was de oregano, schud hem droog en pluk de blaadjes van de takjes.
Bestrooi het oppervlak van het gerezen deeg met het overige griesmeel en stort het op een met olie ingevette (ronde) bakplaat. Verdeel de cherrytomaten, de olijven en de oregano over de focaccia en druk licht aan. Besprenkel de focaccia
met olijfolie en bak hem 15-20 minuten in de oven.