Bereiding
Aan sommige recepten raak ik een beetje verslaafd. Vorige zomer heb ik deze romesco minstens tien keer op tafel gezet. Altijd wel een eetfeestje waar de Catalaanse saus prima tot zijn recht kwam. Bij vis, varkensvlees, op ciabatta of bij gegrilde groente. Maar zoals ik vroeger weken achtereen ontbeet met boterhammen met hagelslag en daarna weer voor een paar maand overschakelde op pindakaas, zo vervloog ook mijn romescoperiode en raakte het recept even in vergetelheid. Bij het bladeren door het juninummer van 2013 viel mijn oog er weer op. Op het hoogtepunt van het aspergeseizoen is dit een onweerstaanbaar lekker en zomers gerecht. En een echt succesnummer voor bij de barbecue.
- Verwarm de oven voor (elektrisch: 200°C / hetelucht: 175°C / gas: stand 3). Schil de asperges en snijd de houtachtige uiteinden af. Snijd de asperges over de lengte in vieren. Was de lente-uitjes en halveer ze over de lengte. Meng de lente-uitjes en de asperges met 2 el olijfolie en bestrooi met zout en peper. Leg de lente-uitjes en de asperges op een met bakpapier beklede bakplaat en rooster ze ca. 15 minuten in de oven.
- Rooster de geschaafde amandelen en de pijnboompitten goudbruin in een droge pan. Pel en snipper de knoflook. Verhit 1 el olijfolie in een pan en fruit er de knoflook en de chilivlokken in. Laat de paprika’s uitlekken. Snijd de tomaat in blokjes. Pureer de paprika en de tomaat.
- Maal de knoflook met het amandelschaafsel, de pijnboompitten en het brood fijn in een vijzel. Voeg het paprika-tomaatmengsel en de rodewijnazijn toe en meng er al roerend langzaam 100 ml olijfolie erdoorheen. Breng op smaak met zout en peper.
- Pluk de muntblaadjes van de takjes. Hak ze, op een paar na, op het laatste moment fijn en meng ze door de romesco. Serveer de geroosterde asperges en bosuitjes met de romesco. Garneer met de overige muntblaadjes.