Bereiding
Janneke Vreugdenhil: “Gnocchi, die heerlijke Italiaanse knoedeltjes van aardappeldeeg, zijn helemaal niet moeilijk om zelf te maken. En natuurlijk zijn ze dan het allerlekkerst. Maar voor als het wat sneller moet, is er ook niets mis met gnocchi uit een pak. Ik gebruik ze zelf heel vaak op drukke dagen, wanneer het eten snel, sneller, snelst op tafel moet staan. Soms maak ik er pesto bij – die koop ik dan weer nooit kant-en-klaar, want die is bijna nooit lekker –, soms tomatensaus en soms deze romige saus van boerenkool met veel knoflook en mascarpone. Levert altijd blije gezichten op aan tafel, wat toch niet slecht is voor een kwartiertje werk.”
- Breng een grote pan met royaal gezouten water aan de kook. Doe de boerenkool met de ongepelde tenen knoflook erin, laat opnieuw aan de kook komen en kook de kool in 6-8 minuten beetgaar.
- Schep de kool en knoflook met een schuimspaan uit de pan en laat uitlekken. Wip de knoflooktenen uit hun jasje. Pureer de kool en knoflook samen met de mascarpone en Parmezaanse kaas in een keukenmachine of met een staafmixer tot een gladde saus. Proef en maak op smaak met veel peper en een klein beetje citroensap. Schenk de saus in een royale (hapjes)pan.
- Kook de gnocchi gaar in het kookwater van de kool. Giet af en vang daarbij een scheutje van het kookwater op. Stort de gnocchi samen met het opgevangen kookwater bij de saus. Warm nog even door terwijl je de gnocchi voorzichtig door de saus schept. Geef er aan tafel geraspte parmezaan bij.
