Oma’s apfelstrudel

Bereiding

1. Meng voor het deeg de boter met de bloem, en wrijf dit tot kruimels. Voeg een snuf zout toe en maak een kuiltje. Giet het water en het ei in het kuiltje, en meng het vervolgens tot een zachte, gladde deegbal. Dit kan zowel met de hand als met een deegmixer. Laat het deeg ongeveer 1 uur onder een glazen kom op een warme plek rusten.

2. Schil vervolgens voor de vulling de appels, verwijder de klokhuizen en snijd de appels in plakjes, zo dun mogelijk. Zet ze opzij in een bak.

3. Nadat het een deeg heeft gerust, rol je het licht uit. Vervolgens trek je het met de handen iets uit. Dit herhaal je net zo lang tot het deeg flinterdun is, je moet er bijna doorheen kunnen kijken. Leg het uitgerolde deeg vervolgens op een theedoek en rek de randen gelijkmatig uit, totdat het bijna de hele theedoek beslaat.

4. Verwarm de oven voor op 250°C (elektrische oven of boven- en onderwarmte).

5. Verdeel de helft van de gebakken broodkruimels (crumble of Butterbrösel) op het deeg, maar laat een rand vrij aan de onderzijde van het deeg, om straks om te vouwen. Verdeel de appels gelijkmatig over het deeg, strooi de kaneelsuiker (houd een klein beetje over) erover verdeel en de rest van de broodkruimels samen met de rozijnen over de appels. Snijd de boter in blokjes en verdeel deze over het appelmengsel.

6. Smeer de randjes van het deeg in met de opgeklopte eidooier. Vervolgens rol je met behulp van de theedoek de apfelstrudel voorzichtig op. Druk het deeg aan de zijkanten aan, eventueel met behulp van een beetje eidooier. Leg de strudel op een bakplaat, bestrijken met het laatste beetje eidooier, en verdeel er nog wat kaneelsuiker overheen. Prik het deeg met een vork in.

7. Bak de strudel ca. 20 minuten op 250°C in de oven. Verlaag de temperatuur na 20 minuten naar 200°C en laat de apfelstrudel nog zo’n 20 minuten garen, totdat deze goudbruin is. Blijf tegen het einde goed kijken, om te voorkomen dat de strudel verbrandt.

8. Laat de apfelstrudel iets afkoelen en snijd deze vervolgens in plakken. Serveer met poedersuiker, wat verse aardbeien, een bolletje ijs en/of warme vanillesaus.