Pastei met lamsvlees en filodeeg

Bereiding

1. Verhit de helft van de olie in een braadpan. Meng het vlees met de bloem en wat zout en peper en braad het, in porties, rondom aan in de hete olie. Zorg dat het vlees mooi bruin wordt, dit geeft de stoof een diepe smaak. Haal het vlees uit de pan met een schuimspaan en zet het apart.

2. Verhit de rest van de olie in de pan en bak er de ui en de knoflook in ca. 5 minuten zacht in. Roer alle specerijen erdoorheen en bak nog 1 minuut. Blus af met de tomaten en roer alle aanbaksels van de bodem los. Voeg het citroensap en de geraspte schil, de honing, de granaatappelmelasse, een snuf zout en peper en 200 ml water toe. Breng aan de kook, dek de pan af en zet het vuur laag. Laat 2 uur en 30 minuten – 3 uur rustig pruttelen tot het vlees heel mals is. Laat afkoelen. Je kunt de stoof een dag van tevoren maken en afgedekt in de koelkast bewaren.

3. Verwarm de oven voor (elektrisch: 180°C / hetelucht: 160°C). Schep de stoof over in een quichevorm (25 cm Ø). Neem het filodeeg uit
   de verpakking. Bestrijk de filodeegvellen met gesmolten boter, verkreukel ze en bedek de stoof in de vorm ermee. Besprenkel met de
   rest van de gesmolten boter, bestrooi met het amandelschaafsel en bak de pastei ca. 45 minuten in de oven tot het deeg goudbruin en knapperig is. Bestrooi vlak voor het serveren met de granaatappelpitjes.