Deze smeerbare, pittige, worst vindt zijn oorsprong in Calabria, de regio helemaal in het zuiden, in de punt van de laars om precies te zijn. Het is in Calabria, ook in de winter, nooit echt koud en dat maakt het drogen van worsten in een tijdperk zonder koelkasten of gereguleerde droogkasten best een uitdaging. De peperoncini (gedroogde chilipepers) werden dan ook niet alleen voor de smaak toegevoegd maar speelden een belangrijke rol bij het conserveren van het vlees. Let er daarbij wel goed op dat je hygiënisch en koud werkt; het is en blijft rauw vlees. Dit maakt
'nduja ook niet voor iedereen even geschikt om te eten, denk bijvoorbeeld aan zwangeren, kinderen en ouderen.
Tip
Wanneer je zelf gedroogde peperoncini fijnmaalt, doe dit dan heel rustig met de hand in een vijzel. Het is namelijk echt niet grappig als je dit met een blender doet en alle fijne peperoncinodeeltjes door de lucht zweven. Verder klopt het dat de hoeveelheid peper op het oog erg veel lijkt. De worst wordt lekker pittig!
Bereiding
Doe het gemalen vlees in een ruime kom en verdeel hierover het zout en de specerijen.
Nu komt het leuke gedeelte: het kneden! Als je een gevoelige huid hebt, kun je dit het beste doen met handschoentjes. De peper kan namelijk een beetje gaan irriteren.
Kneed het mengsel goed door als een deegbal. Dit is niet alleen belangrijk om het zout en de specerijen eerlijk te verdelen, maar zorgt ook voor de binding van de worst.
Verdeel het worstdeeg over de potjes, sluit ze goed af en laat ze twee dagen rusten in de koelkast. Bewaar de zelfgemaakte ‘nduja daarna tot een maand in de koelkast.
Wat vind jij van dit recept?