Carciofi alla giudìa – gefrituurde artisjok

Bereiding

1. Vul een grote kom voor de helft met koud water. Knijp de citroenhelften boven de kom uit en leg ze in het water.

2. Pel de buitenste bladeren van 1 artisjok tot de zachte bladeren in het midden tevoorschijn komen. Gebruik een schilmesje om de taaie schil van het artisjokhart en van de steel weg te halen.

3. Wrijf de artisjok tijdens het schoonmaken in met de uitgeknepen citroenhelften om verkleuring te voorkomen. Schep het ‘hooi’, het harige binnenste, er met een lepel uit. Leg de schoongemaakte artisjok in het citroenwater en maak ook de overige artisjokken op dezelfde manier schoon.

4. Vul een pan voor max. ⅓ met olie en verhit deze tot 140°C of tot een klein stukje brood er in 1 minuut bruin in kleurt. Haal de artisjokken uit het water en dep ze voorzichtig droog met keukenpapier. Als de artisjok te nat is, zal de olie gaan spetteren.

5. Laat de artisjok voorzichtig in de hete olie zakken en frituur hem 5-8 minuten tot hij rondom licht goudbruin is. Prik met de punt van een mes in de brede onderkant van de artisjok – het mes moet er makkelijk in glijden als de artisjok klaar is. Haal de artisjok uit de olie en laat hem uitlekken op keukenpapier.

6. Zet het vuur wat hoger en laat de temperatuur van de olie oplopen tot 180°C of tot een klein stukje brood er in 30 seconden bruin in kleurt. Duw vlak voor het serveren de bladeren van de artisjok uit elkaar om hem als een bloem open te vouwen en frituur de artisjok nogmaals 1 minuut in de hete olie tot hij knapperig is. Laat uitlekken op keukenpapier, bestrooi met wat zeezoutvlokken en serveer met de citroenpartjes om over de artisjok uit te knijpen.