Gegratineerde bloemkool met gebakken sjalotjes

Bereiding

1. Schenk de melk in een pan en verhit samen met de laurier en de ui op middelhoog vuur tot de melk begint te dampen. Haal de pan van het vuur en laat trekken.

2. Doe voor de gebakken sjalotjes het rijstmeel in een kom en meng de sjalottenringen erdoorheen. Verhit een laagje olie (ca. 2½ cm diep) in een koekenpan met antiaanbaklaag op middelhoog vuur. Frituur er de sjalotjes in 1-2 minuten goudbruin en krokant in. Haal ze met een schuimspaan uit de pan en laat uitlekken op keukenpapier.

3. Verwarm de oven voor (elektrisch: 200°C / hetelucht: 180°C). Breng een grote pan met water en wat zout aan de kook en kook er de bloemkoolroosjes 3 minuten in. Giet af, spoel direct met koud water en laat goed uitlekken. Vet een ovenschaal in met olie en verdeel de bloemkoolroosjes erover. Haal de ui en de laurier uit de melk.

4. Verhit de boter in een steelpan. Bestuif met de bloem en bak kort. Schenk de melk er al roerend beetje bij beetje bij en breng aan de kook. Laat 5-8 minuten zachtjes doorkoken tot de saus mooi gebonden is. Breng op smaak met zout, nootmuskaat, een snufje cayennepeper en witte peper. Roer de mosterd, 30 g parmezaan en 100 g cheddar erdoorheen en laat de kazen smelten. Proef de saus en voeg eventueel meer zout, nootmuskaat, cayennepeper of witte peper toe.

5. Schenk de kaassaus over de bloemkool in de ovenschaal en bak 25 minuten in de oven. Bestrooi met de gebakken sjalotjes en de overige parmezaan en cheddar. Bak nog ca. 10 minuten in de oven tot de bloemkool mooi goudbruin gegratineerd is.