Kaneelparfait

Bereiding

1. 1. Verwarm de oven voor (elektrisch: 200°C / hetelucht: 175°C). Splits voor de biscuit de eieren. Klop de eidooiers met 150 g suiker romig. Klop de eiwitten stijf en voeg al kloppend geleidelijk 50 g suiker toe.

2. 2. Spatel de helft van het eiwitschuim voorzichtig door het eidooiermengsel. Spatel het overige eiwitschuim er voorzichtig doorheen. Zeef 180 g bloem en een snufje zout eroverheen en spatel voorzichtig door het eimengsel tot een glad beslag.

3. 3. Schep het beslag in een met boter ingevette en met bloem bestoven springvorm (26 cm Ø) en bak de biscuit in 15-25 minuten goudbruin in de oven. Neem de biscuit uit de oven en laat ca. 5 minuten afkoelen. Neem de biscuit voorzichtig uit de vorm en laat verder afkoelen op een rooster.

4. 4. Klop voor de parfait 2 eieren met 200 g poedersuiker au bain-marie schuimig tot de poedersuiker volledig is opgelost. Neem van de pan en klop het geheel volledig koud en luchtig. Klop 400 ml slagroom lobbig.

5. 5. Bekleed de bodem van de springvorm met bakpapier en leg de biscuitbodem erop. Spatel het kaneelpoeder door de lobbige slagroom. Spatel de slagroom voorzichtig door het eimengsel. Schenk het geheel op de biscuitbodem in de springvorm. Plaats minimaal 6 uur in de diepvries.

6. 6. Klop voor het schuim 2 eiwitten met een snufje zout stijf. Voeg al kloppend geleidelijk 100 g suiker toe. Klop het geheel tot een glanzend stevig schuim. Schep het schuim in de spuitzak. Verdeel het schuim over de bovenkant van de parfait. Karamelliseer het schuim met de crème-brûléebrander of onder de hete grill. Garneer de parfait met kaneelstokjes, snijd hem in puntjes en serveer direct.