Mascarpone-vanilletaart met bramen

Bereiding

1. Klop voor het biscuitbeslag de eieren met 125 g suiker en een snufj e zout in ca. 10 minuten met de handmixer schuimig. Verwarm de oven voor (elektrisch: 200°C / hetelucht: 175°C / gas: stand 3). Vet een springvorm in met een beetje boter en bestuif hem met een beetje bloem.

2. Zeef 125 g bloem over het eimengsel en spatel hem er voorzichtig doorheen. Schenk het beslag in de springvorm en bak het ca. 30 minuten in de oven. Neem uit de oven en laat hem ca. 10 minuten afkoelen. Neem de biscuitbodem voorzichtig uit de vorm en laat hem op een rooster helemaal afkoelen.

3. Week de gelatine in koud water. Splijt de vanillestokjes en schraap er het merg uit. Roer de mascarpone los met het vanillemerg en 2 el suiker.

4. Snijd de biscuitbodem horizontaal doormidden. Verwarm de slagroom in een pannetje. Knijp de gelatine uit, los hem op in de slagroom en laat afkoelen. Roer de mascarpone er met een garde doorheen. Klop het mengsel tot het de dikte van botercrème heeft. Strijk 2 el van het mascarponemengsel over de onderste bodem. Strijk 3 el bramenjam eroverheen.

5. Leg de bovenste biscuitbodem erbovenop en bestrijk de gehele taart met het overige mascarponemengsel. Verdeel de bramen over de bovenkant van de taart en zet de taart minimaal 2 uur in de koelkast.

6. Verwarm 2 el bramenjam met 2 el water in een pannetje. Zeef de jam en druppel de saus in sliertjes over de bramentaart.