Piepkuiken met lemoncurd en citroentijmfriet

Bereiding

1. Verwarm de oven voor (elektrisch: 210⁰C / hetelucht: 190⁰C). Meng de lemoncurd en de vissaus in een kommetje. Houd apart.

2. Knip met een keukenschaar de ruggen van de piepkuikens op en vlinder ze. Druk ze met je handpalm plat. Houd 4 knoflookteentjes apart en doe de rest in een grote braadslee met de geplette sereh. Leg de piepkuikens erbovenop en besprenkel met de olie. Bestrijk de piepkuikens ruim met het lemoncurdmengsel.

3. Verdeel de sjalot, de rode ui en de citroen- en sinaasappelplakjes in de ruimte tussen de piepkuikens. Bestrooi met het zout en de peper. Bak ca. 1 uur en bedruip de piepkuikens na de eerste 30 minuten minstens twee keer.

4. Leg zodra de piepkuikens in de oven zitten een grote bakplaat met 3 el olie boven de piepkuikens in de oven. Kook de friet ca. 7 minuten voor in een grote pan gezouten water. Giet af en laat ca. 5 minuten droogstomen. Doe de friet terug in de pan met 1 el olie en schud de friet in de pan om ze kruimiger te maken. Haal de plaat met olie uit de oven als de piepkuikens er 15-20 minuten in zitten en verdeel de friet over de plaat – de friet moet sissen als hij op de plaat wordt gelegd. Verdeel de citroentijm erbovenop. Bak ca. 45 minuten met de piepkuikens in de oven, of tot de friet goudbruin is.

5. Snijd voor de garnering het lente-uitje in de lengte in reepjes en leg ze in koud water, zodat ze opkrullen. Neem de braadslee met de piepkuikens uit de oven en laat 5-10 minuten rusten. Hak de resterende 4 knoflookteentjes fijn en bak ze in een kleine koekenpan met de boter op laag vuur tot ze goudbruin zijn. Voeg de koriander toe en bak tot hij geslonken is. Gebruik een kwastje om de piepkuikens met de boter en het vocht uit de braadslee te bestrijken. Schenk de rest van het braadvocht in een kleine juskom. Bestrooi de piepkuikens met de chilipeper, de gekrulde lente-ui, het citroenrasp en het sinaasappelrasp. Serveer met de groenten en de citroentijmfriet.