Pompoenkroketten met sojasaus, boter en edamame

Bereiding

1. Stoom of rooster de stukken pompoen of bereid ze in de magnetron; kook ze in elk geval niet in water, omdat ze zich dan volzuigen. Ik rooster ze het liefst, omdat dat de zoete smaak versterkt.

2. Verwarm de oven voor (elektrisch: 200°C / hetelucht: 175°C) en rooster de pompoen met een scheutje neutrale olie in ongeveer 45 minuten heel zacht. Prak de nog warme pompoen met de boter, sojasaus, mirin en eventueel het chilipoeder. Voor het beste resultaat gebruik je een keukenmachine of wrijf je de pompoen door een zeef. Als het pompoenmengsel vrij nat is en je er geen balletjes van kunt draaien, roer je er wat bloem door tot het pompoenmengsel zo dik als aardappelpuree is. Roer de edamame erdoor en laat afkoelen.

3. Bekleed een bakplaat met bakpapier en vet je handen royaal in met boter. Verdeel het pompoenmengsel in achten en vorm er 8 balletjes van, druk ze plat tot schijven van 1 cm dik. Leg ze op de bakplaat, zet in de koelkast en laat volledig afkoelen (of zet ze in de vriezer), zodat ze gemakkelijker te paneren zijn.

4. Haal de pompoenschijven een voor een door de bloem, de eieren en dan de panko; zorg dat ze rondom volledig bedekt zijn met het kruim. Schenk een laag olie van 5 mm in een ruime, diepe hapjespan en zet die op hoog vuur.

5. Controleer of de olie heet genoeg is met wat broodkruim: als dat meteen begint te sissen, draai je het vuur naar middelhoog en laat je de kroketten voorzichtig in de olie zakken. Frituur ze per kant ongeveer 5 minuten tot ze bruin zijn en laat ze uitlekken op keukenpapier. Serveer eventueel op een bedje van sla en geef er lekker veel tonkatsusaus of ponzu bij. De kroketten blijven 4 dagen in de koelkast of 1 maand in de vriezer goed.