Torta della nonna

Bereiding

1. Klop voor het deeg de suiker en 3 eieren met een keukenmachine of elektrische mixer in een grote kom tot het mengsel luchtig is en in volume is verdubbeld. Voeg 250 g boter in stukjes toe en klop erdoorheen. Klop 500 g bloem, 1 el poedersuiker, het bakpoeder en de citroenrasp erdoorheen tot er een plakkerig deeg ontstaat. Wikkel het deeg in folie en laat het ca. 30 minuten rusten in de koelkast.

2. Splijt voor de vulling het vanillestokje en schraap er het merg uit. Doe de melk samen met het vanillemerg en het vanillestokje in een pannetje. Breng de melk tegen de kook aan, maar laat hem niet koken. Haal de pan van het vuur en verwijder het vanillestokje. Meng de suiker met de bloem in een kom. Klop de eieren er één voor één doorheen. Schenk het mengsel al roerend voorzichtig bij de warme melk in het pannetje. Blijf continu roeren en verwarm het mengsel tot er een dikke custard ontstaat. Laat de custard afkoelen tot kamertemperatuur.

3. Spatel de ricotta en de citroenrasp door de afgekoelde custard. Verwarm de oven voor (elektrisch: 200°C / hetelucht: 180°C).

4. Haal het deeg uit de koelkast en rol ⅔ van het deeg op een met bloem bestoven werkblad uit tot een dikte van 3 mm. Vet een taartvorm (26 cm Ø) in met wat zachte boter. Bekleed de taartvorm met het deeg en snijd overtollig deeg eraf. Giet de vulling in de vorm. Rol het overgebleven deeg uit en bedek hiermee de taart. Druk de randjes van de taart goed aan. Is er deeg over? Snijd het in stukjes of steek er figuurtjes uit en leg het voor de decoratie boven op de taart. Kluts het laatste ei en bestrijk het deeg ermee. Bestrooi met de pijnboompitten.

5. Bak de taart ca. 40 minuten in het midden van de oven tot hij goudbruin is. De vulling hoeft nog niet helemaal stevig te zijn, deze stijft nog verder op tijdens het afkoelen. Laat de taart volledig afkoelen. Bestrooi voor het serveren met wat poedersuiker.